Lezing Dr. Jonathan Kerr (Edegem, 4 mei 2007):

 

Genenaktiviteit, (bio)markers en virussen

 

 

 

 


 

Dr. Jonathan Kerr is bekend geworden door zijn genen(aktiviteiten)onderzoek.

In 2005 verscheen een studie waarin hij aantoonde dat de genenaktiviteit

(de mate waarin de genen, recepten uit het kookboek, gebruikt worden om

eiwitten te produceren) van ME/CVS-patiënten afwijkingen vertoont: klik hier.

 

De lezing was min of meer een samenvatting van de overzichtsstudie

die dr. Kerr, samen met dr. Devanur, vorig jaar publiceerde: klik hier.

 

Ook gaf dr. Kerr aan wat zijn plannen zijn voor de nabije toekomst.

Die plannen beschreef hij reeds in een wetenschappelijk artikel: klik hier.

 

In zijn lezing besteedde dr. Kerr met name aandacht aan:

  • de rol van virussen (van andere ziektekiemen) in ME/CVS,
  • afwijkende genenaktiviteit bij ME/CVS-patiënten en
  • diagnose m.b.v. genenmarkers en eiwitmarkers.

 


 

De rol van virussen in de pathofysiologie van ME/CVS

 

Dr. Kerr schetste allereerst een overzicht van

de normale reaktie van het afweersysteem op een virus (antigeen): de immuunresponse.

 

 

 

 

 

Vervolgens ging dr. Kerr kort in op de mogelijke rol van virussen

in de pathofysiologie (oorzaak) van ME/CVS

  • veroorzakend (hit-and-run) versus in stand houdend (persisterend)
  • nieuwe infekties versus gereaktiveerde infekties.

Dr. R. Glaser heeft bijv. aangetoond dat het EBV-virus gereaktiveerd wordt door stress.

 

Hoe het ook zij, virussen, zoals EBV, het Q fever-virus en het parvo B19-virus, spelen een rol bij een deel van de ME/CVS-patiënten. Die infekties moeten behandeld worden!

 

 

Afwijkende genenaktiviteit en genenmarkers

 

Vervolgens ging dr. Kerr in op zijn genenaktiviteit-onderzoek en

zijn speurtocht naar "genenmarkers" (beter: genenaktiviteit-markers):

een specifiek genenaktiviteit-profiel voor ME/CVS-patiënten.

 

Dr. Kerr begon dit deel van zijn lezing met een mini-kursus genomics:

de studie van genen en de genenaktiviteit (eiwitproduktie).

 

 

 

 

 

Dr. Kerr heeft 80 genen met afwijkende produktie (aktiviteit) geïdentificeerd:

78 genen zijn overaktief, 2 genen zijn onderaktief.

 

De "afwijkende genen" zijn gesorteerd op basis van biologische funkties.

De afwijkende biologische processen hebben met name betrekking op:

  • het afweersysteem (de meeste genen),
  • neurologische funkties,
  • mitochondria (energieaanmaak) en
  • transcriptional en translational factors:
  • de regelaars van de transkriptie en translatie (zie boven).

 

Het onderzoek naar afwijkende genenaktiviteit kan een belangrijke bijdrage leveren

 in het opsporen van de oorzaak en meten van het succes van therapieën voor ME/CVS.

Maar genenaktivitonderzoek is niet zaligmakend: klik hier, hier en hier.

 

Er zijn verschillende beperkingen aan wat dit type onderzoek ons kan vertellen.

Zo verschilt genenaktiviteit van dag tot dag, hebben mensen met verschillende ziekten deels dezelfde afwijkingen en ontstaan sommige problemen pas achteraf.

 

De kernvraag is natuurlijk: wat veroorzaakt die afwijkende genenaktiviteit?

Anders geformuleerd: waarom wijken de transcriptional factors (12 genen) af?

 

Die transcriptional factors zijn, volgens Kerr, gerelateerd aan.... virussen!

De studie waarin dit beschreven wordt moet nog verschijnen.

 

 

Onderzoek van Kerr in de nabije toekomst

 

Dr. Kerr zal zich de komende jaren met name koncentreren op het opsporen en

testen van een "gene signature", een afwijkend genen(aktiviteit)-profiel, voor ME/CVS.

 

Van belang voor toekomstig onderzoek in dit kader zijn onder meer:

  • de specificiteit van de "gene signature"
  • (de kans dat een negatieve diagnose terecht is) en.

  • variatie van de afwijkende genenaktiviteit in de tijd.

Daarnaast zal dr. Kerr, die onder meer samen gaat werken met prof. de Meirleir,

zich richten op eiwitmarkers voor ME/CVS. Kerr onderkent 15 kandidaat-eiwitten.

 

 


 

Naschrift:

 

Zeer recent presenteerde dr. Garcia-Fructuoso op een fibromyalgie-proces de resultaten

van zijn genenaktiviteitonderzoek. Volgens zijn onderzoeksgroep kunnen ME/CVS en fibromyalgie m.b.v. afwijkende genenaktiviteit onderscheiden worden en zegt afwijkende genenaktiviteit ook iets over de ernst van de ziekte. Voor een samenvatting van klik hier.